ROERBAKEI
‘Tadatatatataaa! Hoi! Snelkookpan, snelkookpan, vrouwen met een dikke kop daar houd ik niet zo van.’ Servais Knaven en Tom Boonen gniffelen alweer bij de eerste woorden van het slotnummer van de theatershow ‘Industry of Love’. ‘Maanzaadbrood, maanzaadbrood, Harry heeft pianoles en Sylvia is dood.’ Cabaretier Hans Teeuwen steekt het vermaarde ‘Trojka hier, trojka daar’ van Drs. P naar de kroon en de twee Quick Step-renners vinden het prachtig. ‘Doordrukstrip, doordrukstrip, Tonnie heeft geen benen maar dat stond ook best wel hip.’ Het is niet voor het eerst dat de wegkapitein en het jonge Belgische sprinttalent zich op een hotelkamer met een dvd van de Brabantse humorist vermaken. Het is wel de eerste keer in deze Tour. En niet zonder reden. Dit wielerseizoen is Hans Teeuwen eigenlijk verantwoordelijk geweest voor de definitieve doorbraak van de 23-jarige Tom Boonen. Al dertien zeges prijken op zijn palmares van 2004 en meestal ging een avondje lachen met Servais en Hans aan de overwinning vooraf. ‘Pijnboompit, pijnboompit, liggend kan je schijten maar het is beter als je zit. Roerbakei, roerbakei, heroïne dealen op een kinderboerderij.’ De ploegmaten rollen bijna van hun bed. De ontspanning is compleet. En die ontspanning kunnen ze wel even gebruiken. Knaven heeft deze Tour, samen met de Italiaanse Quick Step-beul Davide Bramati, al honderden kilometers op kop van het peloton gebeukt. Op jacht naar koplopers. De weg effenend voor de door heel België verwachte sprintzege van hun Tom. Boonen is zelfverzekerd aan de Tour begonnen. Hij gaat het voor het eerst opnemen tegen veelvraat Petacchi en weet dat de negenvoudige etappewinnaar van de afgelopen Giro d’Italia te kloppen is. Op pure snelheid hoeft hij niet onder te doen. Het moet alleen een beetje mee zitten. En dat is het probleem. In Charleroi en Namur ramt Boonen te onstuimig op zijn pedalen. Zijn materiaal kan het geweld niet aan en de ketting schiet beide keren los. Na de chaotische rit over de kasseien wordt hij in de sprint wel vierde in Wasquehal, maar maakt hij een tactische fout. Al het werk van Knaven en Bramati is tot nu toe voor niets geweest. Een depressie nadert in het Quick Step-kamp. Morgen is de rit naar Angers zo vlak als een biljartlaken. Daar moet het gebeuren. Knaven weet dat het de hoogste tijd is voor het geheime wapen. ‘Hangbuikzwijn, hangbuikzwijn, Huub wil op vakantie, maar z’n auto is te klein.’ De aftiteling rolt over het computerscherm. Met een glimlach om de mond vallen Knaven en Boonen even later in slaap. Hans Teeuwen heeft zijn werk voor de Quick Steps gedaan.
Goedgehumeurd staan de twee Teeuwen-fans de volgende ochtend aan de start in Bonneval. Dat kan niet worden gezegd van hun ploegbaas. Patrick Lefevere is sikkeneurig. Dat Boonen nog geen zege heeft geboekt is niet zijn grootste grief, maar dat zijn mannen bijna alle dagen de slag missen als de juiste kopgroep het hazenpad kiest, is slecht voor zijn humeur. Knaven, Bramati en Zanini worden hierdoor veel te veel belast en dat kan de ploeg met nog twee Tourweken voor de boeg behoorlijk gaan opbreken. Vandaag moeten zijn jongens ook eens een dagje simpel mee kunnen rijden. Er moet nu eindelijk maar eens iemand mee zijn, beveelt hij knorrig. Knaven en Zanini geven al na enkele kilometers gehoor aan het bevel. Zij zitten in een kopgroep van twaalf, maar Phonak laat de vlucht niet toe. Na 21 kilometer lukt het Rabo-renner Lotz, Bertolini, Da Cruz, Flecha, Engoulvent en Arvesen wel om weg te komen. Weer geen Quick Step in de ontsnapping van de dag. Lefevere knarst met zijn tanden. Knaven maakt zich op voor een nieuw dagje beulswerk. Hij doet het met een glimlach, want zijn maatje Boonen heeft hem na tien kilometer al laten weten dat de benen goed zijn. ‘We moeten het vandaag alleen maar bij elkaar houden en dan zit ’t erin’, fluistert de Belg zijn wegkapitein in. Tevreden ziet Knaven dat de ploeg van geletruidrager Voeckler haar verantwoordelijkheid neemt en helpt de kopgroep in toom te houden. Een pak van zijn hart, want Fassa Bortolo en Domina Vacanze doen niet meer mee. Hun spintkopmannen Petacchi en Cipollini hebben licht geblesseerd deze Tour verlaten. De regen en matige vorm hebben hun moraal gebroken. Het is vooral voor ‘Cipo’een hard gelach. Leblanc heeft hem na jaren weer eens een uitnodiging gegund. Hij beloofde de Fransman zelfs voor het eerst Parijs te halen, maar nu gaat de voormalige sprintkeizer roemloos af in wat zonder twijfel zijn laatste Tour is geweest. Boonen kan er niet mee zitten. Hij is twee concurrenten kwijt en heeft Hans Teeuwen in het hoofd. ‘Maanzaadbrood, maanzaadbrood, Petacchi is op de fles en Mooie Mario is dood!’
De voorsprong van de kopgroep blijft hangen rond de vier minuten. Servais Knaven kijkt nog eens op zijn routekaartje en overlegt met Bramati en via zijn microfoontje met de ploegleiding. Landgenoot Koos Moerenhout van de Lotto-ploeg temporiseert het peloton. Zijn sprintkopman McEwen rijdt op lichte achterstand. Hij heeft even zijn darmen moeten ledigen langs de kant van de weg. Terwijl trouwe knecht Aart Vierhouten de Australische groenetruidrager helpt om zich weer degelijk aan te kleden, sleurt Knaven alweer vrolijk op kop. Ook hij heeft Hans Teeuwen nog in het hoofd. ‘Pijnboompit, pijnboompit, fietsend kan McEwen schijten, maar het is beter als hij zit!’ Met nog een kleine dertig kilometer te gaan geven Lotz, Flecha, Da Cruz en Engoulvent nog eens gas. Ze hebben zich bewust gespaard en hun voorsprong laten slinken. In de hoop het peloton te misleiden. Met z’n vieren gaan ze nog eenmaal volle bak, maar het is niet genoeg. Flecha is de laatste die door het peloton wordt opgeslokt. Exact onder het rode vod van de laatste kilometer. Tom Boonen zit dan al in derde positie, in het wiel van gangmaker Zanini. Niets krijgt hij mee van de massale valpartij achter hem, die zijn concurrenten McEwen, Jean-Patrick Nazon, Kirsipuu en Hushovd elimineert. De onheilspellende zucht van de abrupt gestuite noodvaart en het kletterende aluminium bereiken zijn trommelvliezen niet. Boonen geselt met zijn machtige benen de pedalen. Het mag niet voor niets zijn: het voorbereidende werk van zijn ploegmaten, en niet te vergeten Hans Teeuwen. Boonen zet een enorme versnelling in. ‘Doordrukstrip, doordrukstrip, Tommie heeft de beste benen en O’Grady, Zabel, Hondo en Cooke kijken best wel sip.’ Strak gaan de armen omhoog. Twee vingers priemen in de lucht. Tadatatatataaa! Tom Boonen is op afspraak. België heeft drie jaar na Serge Baguet weer een etappewinnaar in de Tour. De val heeft de ene helft van de concurrentie als eieren geklutst, de andere heeft hij hoogstpersoonlijk in de snelkookpan gehakt. Het recept smaakt naar meer. Lang hoeft de jonge Belg dan ook niet na te denken als een NOS-verslaggever hem later vraagt welk ‘stukje’ Hans Teeuwen in zijn hoofd zit. Lachend zingt hij: ‘Roerbakei, roerbakei!’
(Uit 'Lance op z'n best - Raymond Kool)