X TERUG

BIJSMAAK

Erik Dekker in de bolletjestrui. René Vietto zou er destijds een vreemde smaak aan over hebben gehouden. In 1934 liet hij zich als eerste officiële winnaar van het bergklassement in de Tour de France huldigen. Punten die hij had verdiend op de onverharde geitenpaden van bergreuzen als de Col de Vars, Aubisque, Peyresourde, Puymorens en Tourmalet. Dekker mag zich anno 2005 eventjes bergkoning noemen door in de derde etappe als eerste de Côte de Chinon en de Côte de la Taconnière te bedwingen. Beklimmingen met een lengte van nauwelijks een kilometer en met een hoogte van maar net honderd meter. Molshopen waar Vietto destijds nog geen punt voor gehad zou willen hebben. Hij zou het als een belediging voor zijn specialiteit hebben ervaren. Tegenwoordig is het een normaal gegeven in de Tour. Het gevolg van de commercie. De sponsor van de bergtrui wil zijn met grof geld gefinancierde trui het liefst al vanaf dag één in het peloton zien. Vandaar dat de Tourorganisatie al decennia lang natuurlijke verkeersdrempels als de Côte de Chinon en de Côte de la Taconnière promoveert tot serieuze beklimmingen in de eerste Tourweek. Het heeft al heel wat vreemde vogels in de bolletjestrui opgeleverd. Zelfs sprinters als Jean-Paul van Poppel en Marcel Wüst reden er met een grote glimlach op het gezicht parmantig in rond. Voor Erik Dekker is het ook niet nieuw. In 2000 mocht hij al enkele dagen als bergkoning door Frankrijk fietsen. Hoofdsponsor Rabobank is zo trots als een pauw op dit vreemde stukje textiel, want de smaak van publiciteit is niet te versmaden.

Karsten Kroon heeft met diep respect de lange ontsnapping van zijn ploeggenoot in de derde etappe gevolgd. Indrukwekkend zoals Dekker uit de greep van het peloton wist te blijven. Net onvoldoende voor de dagzege, maar de bolletjestrui is een leuke troostprijs. Een licht zuur smaakje borrelt bij Kroon op. Al vanaf het moment van zijn selectie voor de Tourploeg van de Rabobank heeft hij het bergtricot in het hoofd. Eén dagje deze bijzondere trui dragen is bijna het liefste dat de Drent wil. Waarom? Gewoon omdat hij van mooie dingen houdt. En zijn voorliefde voor symmetrie. In gedachten ziet hij de bergtruien van de drie grote wielerronden al in zijn woonkamer hangen. Met plezier denkt hij terug aan vijf jaar geleden. In een van de eerste dagen van de Giro d’Italia rijdt hij zich per ongeluk in de groene bergtrui. Pas na elf dagen weten ze hem er uit te rijden. Een superstunt! Dat geldt ook voor de in zijn kast liggende bergtrui uit de Vuelta à España, al heeft waarschijnlijk niemand dat nieuws ooit doorgekregen. Kort voor de huldiging van Kroon als bergkoning op Spaans grondgebied, boren twee vliegtuigen zich in het World Trade Center van New York. Er vallen honderden doden en gewonden. De terroristische aanslagen schokken de wereld en beheersen het nieuws. De euforie rond Kroon’s zojuist verworven prijs is op slag verdwenen. De verbijstering en ontgoocheling over deze gruwelijke misdaad tegen de mensheid zorgt voor een wrange bijsmaak.

Kees Jansma staat met een microfoon in de bloemenstad Troyes te wachten op de Raboploeg. De voetbalverslaggever en perschef van het Nederlands elftal voelt zich een beetje thuis als hij de volledig oranje gekleurde touringcar van de Nederlandse equipe ziet aankomen. Jansma is een dagje te gast bij de NOS en mag nu eens de wielerverslaggever uithangen. Hij vraagt coach Erik Breukink naar zijn opstelling en peilt de verwachtingen van bolletjestruidrager Erik Dekker. Met vier colletjes van de vierde categorie weet hij dat hij mee moet zitten in de kopgroep. Anders is hij de trui kwijt. De Drent probeert na 28 kilometer aan te sluiten bij een kopgroepje, maar wordt al snel ingerekend. Karsten Kroon zit dan al een tijdje op het vinkentouw en twee kilometer verder heeft hij meer geluk. Samen met Jaan Kirsipuu en Stephane Augé sluit de man met een missie zich aan bij de vluchters Mauro Gerosa en Christophe Mengin. Het peloton laat hen begaan en Kroon kan zich opmaken voor het verwezenlijken van zijn wens. Op de eerste bult van de dag wordt hij afgetroefd door de Fransen Augé en Mengin. Geen reden tot paniek. De Rabotroef spaart zich, want de koers is zwaar. Het regent, het is koud en finishplaats Nancy ligt op nog meer dan honderd kilometer. Op de Côte de Brouthières is de Nederlander wel de sterkste, maar ziet zijn concurrent Augé vlak achter hem als tweede boven komen. Veertig kilometer verder moet hij opnieuw toeslaan om over ruim twee weken die felbegeerde witte trui met rode stippen aan de wand te kunnen timmeren. Op de Col de Montigny ontstaat een gevecht op leven en dood tussen Kroon en Augé. De Fransman gaat als eerste aan op de molshoop met een maximaal stijgingspercentage van 5,2 procent. Met een uiterste krachtsinspanning weet Kroon de op de top gekalkte lijn als eerste te passeren. Beide kemphanen kijken elkaar lachend aan. Ze duwen de vuisten even tegen elkaar aan en Augé krijgt een vriendelijk klopje op de rug van zijn Nederlandse tegenstrever. Ze hebben zichtbaar genoten van de strijd. Beiden zijn Dekker voorbij in het bergklassement. Ze hebben nu evenveel bergpunten, maar Kroon is wel tweemaal als eerste aangekomen op een col . Hij is de virtuele drager van de bolletjestrui. Het publiek maakt zich opgewonden op voor de laatste heuvel van de dag, want het zojuist vertoonde bloedstollende gevecht smaakt naar meer. Het peloton zit de kopgroep op de hielen als de eerste stijgende meters van de Côte de Maron zich aandienen. De vijf koplopers kijken naar elkaar. Er heerst twijfel. Kirsipuu demarreert in een laatste poging kans te maken op de etappezege. Een onwerkelijke actie voor de grootste antiklimmer van de laatste Tourjaren. Mengin en Gerosa gaan mee, maar Kroon houdt de benen stil. Hij laat het werk aan Augé, die voor de eer bedankt. Een nieuw duel om de bergtrui blijft uit. Het publiek slikt teleurgesteld de nare smaak weg als het peloton het tweetal opslokt. Karsten Kroon heeft er geen boodschap aan en verzekert zich zonder verdere inspanning van ‘zijn trui’. Het zoet van deze overwinning smaakt hem voortreffelijk.

In de kletsnatte laatste kilometers toont Christophe Mengin zich een geweldige ‘rouleur’. In zijn eentje blijft hij het jagende peloton in de straten van Nancy voor. De tempobeulen van de sprinterploegen lijken zich te hebben verkeken op krachtenverslindende wegen van het Moeseldal. Twee kilometer voor de meet heeft de dappere aanvaller van Française des Jeux nog tien seconden voorsprong. Hij houdt hoop, want het tempo van het peloton lijkt niet voldoende. Het kan Alexandre Vinokourov zelfs niet weerhouden van een laatste uitval. Hij krijgt de jonge Italiaan Lorenzo Bernucci met zich mee. Onder het vod van de laatste kilometer hebben ze Mengin bijna te pakken. Met alle risico’s gaat de Fransman de laatste bocht in. Het noodlot slaat toe. Op het spekgladde asfalt glijdt hij onderuit. Vinokourov moet in de remmen. Bernucci kan er nog net langs. De Italiaan heeft vrij baan als achter hem ook alle sprinters tegen de grond gaan. Zijn kopman Fabian Cancellara staat stil in die verdoemde bocht en moedigt zijn trouwe helper via het microfoontje op zijn koerstrui nog eens driftig aan. Met een lange kus op de ring aan zijn linkerhand komt Bernucci vol ongeloof over de finish. Het is zijn eerste profzege. En dan nog wel in de belangrijkste wielerkoers ter wereld! Ver achter hem leggen de topsprinters Tom Boonen en Robbie McEwen met een slakkengang de laatste honderden meters af. Ze discussiëren hevig over het moment dat ze daarnet gebroederlijk naast elkaar op het asfalt hebben meegemaakt. Voor hen smaken de druiven zuur. McEwen voelt nog steeds zijn superbenen. Een bijna zekere zege gaat aan zijn neus voorbij. Boonen ziet Hushovd de val ontwijken en zo zijn riante voorsprong in het puntenklassement tot zeven punten slinken. De champagne smaakt er voor Bernucci niet minder om. Euforie is er ook bij Karsten Kroon. Hij mag op het podium zijn honger naar symmetrie stillen. Was de bergtrui voor Dekker nog een troostprijs, voor hem is het een hoofdprijs. Dolblij is hij er mee. Dan hoort hij het vreselijke nieuws. Londen is vanochtend getroffen door een serie bomaanslagen op metrostations. Tientallen doden en gewonden vallen te betreuren. De zevende van de zevende 2005 komt in hetzelfde gedenkwaardige rijtje als 11 september 2001 te staan. Kroon’s gedachten gaan direct terug naar de verovering van zijn bergtrui in de Vuelta. Een bizar déjà vu. Een rilling loopt over zijn lijf. Aan zijn muur prijken binnenkort twee truien met een wrange bijsmaak.

(Uit 'Tour de Lance - Raymond Kool)

NAAR BOVENZIJDE PAGINA